Het is druk bij de kassa. Een oude mevrouw staat rustig te wachten tot ze aan de beurt is. Achter haar staat een jongen. Die is minder geduldig en doodt de tijd met klieren. Zijn moeder, die achter hem staat, heeft er weinig oog voor. Na wat tegen de winkelkar geschopt te hebben, begint het ventje tegen de schoenen van de bejaarde vrouw aan te trappen. Die kijkt geërgerd om en vraagt aan de moeder: „Zegt u daar niets van?” De moeder schudt haar hoofd: „Dat deed ie vast niet expres. En als dat wel zo was… ik geef ‘m een vrije opvoeding.” De oude dame is verbijsterd, helemaal als ze ziet wat er daarna gebeurt. Achter de moeder staat een man die een pak vla uit zijn kar haalt. Hij draait die open, giet de gele massa over het hoofd van de moeder en zegt: „Ik heb ook een vrije opvoeding gehad.”
Dit verhaal is (waarschijnlijk) niet echt gebeurd, maar maakt wel iets belangrijks duidelijk: opvoeding zonder sturing is barbaars. Er zijn regels nodig, anders wordt de samenleving onleefbaar. De Bijbel geeft die regels. God gaf de tien geboden aan Israël. Die zijn inmiddels de gouden standaard geworden in veel samenlevingen. Ook ons rechtssysteem is sterk op de tien geboden gebaseerd.
Vaak hoor je dat mensen niet in God willen geloven omdat ze zich dan ineens aan allerlei regeltjes moeten gaan houden. Dat klinkt niet aantrekkelijk, want ja… je leeft maar één keer, dus je mag nergens door belemmerd worden. Anders kun je niet eruit halen wat erin zit. Het tegenovergestelde is waar: je haalt juist alles uit het leven door je aan Gods regels te houden. Hij heeft ons gemaakt, Hij weet wat goed voor ons is. God gaf Zijn geboden omdat Hij van ons houdt. Dat klinkt misschien tegenstrijdig. Daarom een voorbeeld:
Een meisje wil een drukke straat oversteken. Er is geen zebrapad dus ze moet naar de overkant rennen. Gelukkig staat haar vader naast haar. Maar wat doet hij? Hij zegt: ‘Ga zelf maar. Ik leg je niets op.’ Vind je dat die vader zijn liefde laat zien door haar zo die gevaarlijke weg op te sturen? Nee, de vader toont pas liefde als hij zegt: ‘Je moet eerst goed om je heen kijken. Pas als er geen auto aankomt, steek je over.’ En: ‘Hier, volg mij, dan lopen we naar de overkant.’ Het meisje is dan wel haar vrijheid kwijt, maar is dat erg als je je vaders hand voelt, als hij zo dicht bij je is en je zeker weet dat je veilig de overkant zult bereiken?
Zo is het ook met geloven in God. Dat houdt in dat je je vertrouwen op Jezus stelt. Door je aan de tien geboden te houden blijf je dicht bij Hem. Dat werkt op een bijzondere manier. Het is niet zo dat het je zal lukken om je aan die tien geboden te houden. Je overtreedt die telkens weer. Dat heet ‘zondigen’. Dat gaat dan verdriet doen, want je wil God graag dienen. Maar het wonder is dat God ondanks al je overtredingen de deur naar je openhoudt. Hij wil je keer op keer in Zijn armen sluiten, zodra je je zonden aan Hem vertelt. Dat gaat niet goedkoop. De Vader heeft er Zijn eigen Zoon, Jezus, voor over gehad om de prijs van die zonden te betalen. Hij stierf aan het kruis. Jezus hield de tien geboden volkomen, tot het laatst toe. Geloof daarom in Hem. Hij droeg de straf en redt zondaren van de dood (Rom. 4:4-5). Hij leidt de weg. Wekt dat geen liefde op in je hart?
‘k Stel mijn vertrouwen op de Heer, mijn God.
Want in Zijn hand ligt heel mijn levenslot.
Hem heb ik lief, Zijn vrede woont in mij.
‘k Zie naar Hem op en ik weet Hij is mij steeds nabij.
Wilt u hierover doorpraten en/of elke week een verhaal als deze ontvangen, stuur dan een mail naar evangeliewoord@outlook.com
Deze website gebruikt cookies. Door gebruik te maken van deze website, geef je aan akkoord te zijn met het gebruik van cookies. Lees meer