Bloedend hart

06-06-2023

Moestafa en Jan zijn al jarenlang collega’s. Vakkenvullers in een supermarkt. Het gebeurt regelmatig dat ze door de bedrijfsleider bij elkaar worden gezet om een pallet met spullen in de schappen tezetten. Zo ook vandaag. Moestafa pakt zijn mesje en snijdt het plakband kapot van een doosje met limonadeflessen. Daarbij let hij even niet goed op en neemt een stukje van zijn duim mee. Van schrik laat hij zijn mes vallen en stopt hij zijn duim in zijn mond. Tijdens het zuigen komt de naam van Jezus over zijn lippen. Jan, die christen is, heeft niet meteen door wat er gebeurt, maar hoort wel wat Moestafa, die moslim is, zegt. Dat doet hem pijn, maar anders dan de pijn die Moestafa ervaart...

Bloedend hart

Even later is Moestafa weer druk aan het werk. Er zit een pleister op zijn wond. Het leed is verdwenen. Maar Jan loopt nog met een wond, een bloedend hart, en dat wil hij graag aan Moestafa duidelijk maken in de hoop dat hij niet meer vloekt. Het moet maar eens stoppen, vindt Jan, want het is niet de eerste keer dat Moestafa Jezus’ naam als krachtterm gebruikt. Dan krijgt Jan een idee: hij laat een doos met ontbijtkoek vallen. Die belandt met een plof op de grond, waarna Jan hard ‘Mohammed!’ roept. Moestafa kijkt hem, als door een wesp gestoken, aan. „Waarom zeg je dat!?” „Kijk, zo voel ik me nou ook als jij Jezus’ naam zomaar gebruikt,” antwoordt Jan. Toen was het stil. En het bleef ook stil, al die tijd dat Moestafa en Jan collega’s waren.

Het is een waargebeurd voorval dat laat zien wat vloeken doet. Opvallend is dat – wereldwijd, en dus ook onder moslims – de naam van Jezus als krachtterm wordt gebruikt. Je kunt zeggen dat dit cultureel bepaald is, maar daarmee verklaar je dit opmerkelijke feit niet weg. Kennelijk brengt het een mens een bepaalde opluchting (genot?) om tegen Jezus aan te schoppen. Want waarom kies je er anders niet voor om bijvoorbeeld heel hard ‘deur!’ of ‘steen!’ te roepen? Wie tegen een levenloze steen schopt, bezeert hooguit zijn teen. Wie tegen een levend persoon aan trapt, weet dat diegene daar pijn (verdriet) van heeft en boos wordt. Zo is het ook met Jezus. Hij is Gods levende Zoon en daarmee God Zelf. Door Zijn naam als vloek te gebruiken, overtreed je een van de tien geboden die God gaf. Je weet dus dat het God verdriet doet als je dat gebod overtreedt. Maar dat niet alleen: God is heilig en door te vloeken tast je Zijn eer aan. Daar staat straf op.

Hoe vaak heb je Gods naam en de naam van Jezus al zinloos gebruikt in je leven? Al was het maar één keer, God is zo heilig dat dat al reden genoeg is om je te straffen met de eeuwige dood. Maar dan is toch ieder mens op deze aarde schuldig? Ja, alle mensen zijn van nature ten dode opgeschreven. Maar er is redding! Juist door Degene van wie je de naam misschien weleens zomaar gebruikt… door Jezus. Hij heeft de straf die je hiervoor moet krijgen gedragen toen Hij stierf aan het kruis. Als je wilt dat Hij dit ook voor jou deed, erken dan dat je schuldig bent. Vraag Hem om genade en vergeving van zonden. Dan zal dat vroeg of laat gebeuren. Jezus laat geen aanhoudende bidder staan.

Dan ga je zoveel van Hem houden dat het je pijn doet als er om je heen (en helaas ook nog door jezelf) gezondigd wordt. Totdat het moment komt dat je, na dit leven, voor altijd bij Jezus mag zijn. Dat zal geweldig zijn. Er komt een nieuwe hemel en een nieuwe aarde. Daar zal het mooie van deze wereld bij verbleken. Ben je erbij?

Zet Heer een wacht voor mijne lippen.
Behoed de deuren van mijn mond.

Psalm 141:3 (berijmd)

Hoe schitterend de toekomst is als Jezus je redt? Daarover wordt in Psalm 17:8 geschreven:
Maar blij vooruitzicht, dat mij streelt.
Ik zal, ontwaakt, Uw lof ontvouwen,
U (Jezus) in gerechtigheid aanschouwen,
Verzadigd met Uw Godd’lijk beeld.

Dit artikel delen:

Deze website maakt gebruik van cookies

Deze website gebruikt cookies. Door gebruik te maken van deze website, geef je aan akkoord te zijn met het gebruik van cookies. Lees meer

Sluiten