Blijvend verbonden

Het is 7 oktober. Deze woorden zeggen eigenlijk al genoeg.
Wie herinnert zich niet de verschrikkelijke verhalen en beelden die onze huiskamers binnenkwamen? Hamasterroristen die kibboetsim binnenvielen. Een gruwelijke slachtpartij volgde. Zelfs op onschuldige baby’tjes.

Op deze gitzwarte dag schrijf ik hoezeer ik me, door de Bijbel, blijvend verbonden weet met het Joodse volk. God heeft uit al de volken van de aarde namelijk het Joodse volk uitgekozen om Zijn speciale eigendom te zijn. Exodus 19: 5 Het Joodse volk heeft God, van de andere volken van de aarde, afgezonderd om voor Hem te zijn. Geheiligd noemt de Bijbel dat. Exodus 19: 6 Het was Gods verlangen dat dit volk Hém als priester zou dienen, liefhebben en gehoorzamen. En dat het zo ook tot zegen zou zijn voor alle volken van de aarde. Jesaja 42: 6

God heeft dit volk niet gekozen omdat het in zichzelf geweldiger of grootser zou zijn dan andere volken. Uit pure liefde, zoals een man zijn vrouw kiest, heeft de Heere Israël uitgekozen. Deuteronomium 7: 8, Jeremia 31: 32

Als God later in de Bijbel Zijn voornemen met het volk Israël nogmaals kenbaar maakt aan David, roept David het vol verwondering uit: ‘Wie is als Uw volk Israël, het enige volk op de aarde dat God is gaan verlossen om voor Hem een volk te zijn? (…) U hebt Uw volk Israël voor U tot Uw volk gemaakt, voor eeuwig, en U HEERE, bent hun tot een God geworden.’ 1 Kronieken 17: 21 en 22

Spannend

Nu, anno 2025, is het spannend om deze woorden uit de Bijbel te citeren. Israël ligt zwaar onder vuur. Het zijn tenslotte niet meer alleen Hamasstrijders die de leus scanderen ‘from the river to the sea’.

Toch! God blijft trouw aan Zijn volk. Zelfs als het volk absoluut van zijn plek is. Als het Hem als hún God verwerpt. En andere goden kiest om voor te buigen. ‘Zij hebben Mij met de nek aangekeken’, klaagt God. ‘Vrijwel non-stop doet Mijn volk Mij verdriet.’ Jeremia 32: 31  en 33 Toch verwerpt God Zijn volk niet. Ook dan, terwijl zij vanwege hun zonden uit hun land zijn verdreven, belooft God dat zij Hem tot een volk zullen zijn. En dat Hij hen tot God wil zijn. ‘Ik zal een eeuwig verbond met hen sluiten, dat Ik Mij van achter hen niet zal afwenden, opdat Ik hun goeddoe. En Ik zal mijn vreze in hun hart geven, zodat zij niet van Mij afwijken.’ Jeremia 32 vanaf vers 38

Eeuwig is Zijn vriendschap

Blijvende verbondenheid met het Joodse volk komt dus niet op uit een soort blinde politieke steun, alsof Israël nooit fouten maakt. Het welt niet op uit intens medelijden met dit volk dat de eeuwen door is uitgespuugd en gehaat. Het doet ook niet af aan mijn bewogenheid met het lot van de Palestijnse bevolking.

Ik voel me blijvend verbonden aan de Joden, omdat God Zich blijvend aan hen verbonden heeft. “Eeuwig is Zijn vriendschap!” Psalm 136 – Naardense Bijbel

Geschreven door: Jannette Harskamp-Vermeer